Herinneringen aan dingen die je hebt meegemaakt, zitten opgeslagen in je geheugen. Je kunt je geheugen voorstellen als een ladekast. Als de laatjes dicht zijn, denk je helemaal nergens aan. Meestal staat er wel een laatje open en denk je ergens aan. Bijvoorbeeld aan een som die je moet uitrekenen, aan iets wat je straks gaat doen, of aan iets wat je hebt meegemaakt. Als een laatje open is en je daaraan denkt, dan zit die gedachte in je werkgeheugen. Je werkgeheugen is zo groot als één laatje.
Fijne herinneringen die je hebt, liggen netjes opgeborgen in je geheugen. Die laatjes kun je opendoen en dichtdoen wanneer jij dat wilt. Als je iets heel naars meemaakt, dan bergt het geheugen die herinnering niet altijd netjes op. Hij wordt zo snel mogelijk in een laatje gepropt met alle nare gevoelens erbij. We proberen die lade snel dicht te doen en er niet meer aan te denken. Maar als een lade propvol zit, dan floept hij steeds weer open. De herinnering en alle nare gevoelens en gedachten komen dan steeds weer terug.
Met EMDR gaan we dit laatje opruimen. We kunnen de herinnering niet vergeten, maar we kunnen wel de nare gevoelens uit het laatje krijgen door nòg meer in het laatje erbij te stoppen. Dan raakt het laatje overvol en worden de nare gevoelens eruit gegooid. Tijdens de EMDR ga je aan de nare herinnering denken en doen we het laatje dus open. Tegelijkertijd ga je tijdens de EMDR ook andere dingen doen waar je werkgeheugen druk mee is, zoals heel snel met je ogen heen en weer bewegen.
De nare gevoelens worden zo uit het laatje gegooid, waardoor het laatje weer beter dicht kan. Als het laatje leger en opgeruimd is, zul je merken dat het niet meer zo erg is als het laatje open is. En je kunt weer zelf beslissen of je het laatje wilt openen of dicht doen. De herinnering zit dan netjes opgeborgen in de ladekast en daardoor heb je er veel minder last van.
Meer informatie over hoe EMDR werkt
In dit filmpje wordt ook uitgelegd hoe EMDR werkt: https://www.emdr.nl/wat-is-emdr/